Syntactische posities : een methodologische reflectie
Roč.29,č.2(2015)
Dutch; syntactic relation; syntactic interpretation; semantic interpretation; pragmatic interpretation; discrete markers; non discrete marker
61–75
BEHAGHEL, Otto (1932): Deutsche Syntax. Eine geschichtliche Darstellung. Band IV. Heidelberg.
BROEKHUIS, Hans (2013): Syntax of Dutch. Adjectives and Adjective Phrases. Amsterdam.
BÜHLER, Karl (1934): Sprachtheorie. Die Darstellungsfunktion der Sprache. Jena.
BUILLES, Jean-Michel (1998): Manuel de linguistique descriptive. Le point de vue fonctionnaliste. Paris.
DE GROOT, A.W. (1949): Structurele syntaxis. Den Haag.
DEN HERTOG, C.H. (1973): Nederlandse spraakkunst. Deel 3. Amsterdam.
EBELING, C.L. (2006): Semiotaxis. Over theoretische en Nederlandse syntaxis. Amsterdam.
GODIN, Pierre (1980): Aspecten van de woordvolgorde in het Nederlands. Een syntaktische, semantische en functionele benadering. Bibliothèque des Cahiers de l'Institut de Linguistique de Louvain, nr. 16. Louvain-la-Neuve.
HAEGEMAN, Liliane (1994): Introduction to government & binding theory. Second edition. Oxford (UK)-Cambridge (USA).
HAESERYN, Walter et al. (1997): Algemene Nederlandse Spraakkunst, Groningen-Deurne.
KEENAN, Edward (1976): ' Towards a Universal Definition of 'Subject Of''. In: Charles N. LI (red.), Subject and topic. New York, 305–334.
MARTINET, Andrew (1985): Syntaxe générale. Paris, Armand Collin.
NIEUWBORG, Elie (1968): De distributie van het onderwerp en het lijdend voorwerp in het huidige geschreven Nederlands in zijn A. B.-vorm. Antwerpen.
PAARDEKOOPER, P.C. (1956): ' Een schat van een kind'. In: De nieuwe taalgids 49, 93–99.
PAARDEKOOPER, P.C. (1962): ABN Spraakkunst. Voorstudies, vierde deel. Den Bosch.
PAARDEKOOPER, P.C. (1986): Beknopte ABN-syntaksis. Eindhoven.
PAUL, Hermann (1920): Prinzipien der Sprachgeschichte. Halle.
PEKELDER, Jan (1993): Conventies en functies. Aspecten van binominale woordgroepen in het hedendaagse Nederlands. Bibliothèque des Cahiers de l'Institut de Linguistique de Louvain, nr. 71. Louvain-la-Neuve.
PEKELDER, Jan (2002): Décodage et interprétation. Ordres linguistique, iconique et pragmatique en néerlandais contemporain. Bibliothèque des Cahiers de l'Institut de Linguistique de Louvain, nr. 110. Louvain-la-Neuve.
PEKELDER, Jan (2014a): ' Het Nederlandse subject een taalteken? Over SUB-PV-DOB- en PV-SUB-DOB-strings'. In: F. van de Velde et al. (red.), Patroon en argument. Een dubbelfeestbundel bij het emeritaat van William van Belle en Joop van der Horst. Leuven, 271–284.
PEKELDER, Jan (2014b): ' Genuscongruentieverschijnselen binnen de Nederlandse NP'. In: Germanistica Pragensia XXIII, 119–130.
RASIER, Laurent (2006): Prosodie en vreemdetaalverwerving: accentdistributie in het Frans en in het Nederlands als vreemde taal. http://hdl.handle.net/2078.1/4876.
UHLENBECK, Eugenius Marius (1982): ' Enige beschouwingen over verleden, heden en toekomst van de taalwetenschap in Nederland'. In: Forum der Letteren 23, 3, 163–183.
VAN DER HORST, Joop (1995): Analytische taalkunde. Groningen.
VAN DER LUBBE, H.F.A. (1978): Woordvolgorde in het Nederlands. Een synchrone structurele beschouwing. Vierde druk. Assen.
VAN WIJK, Carel. (2008): Toetsende statistiek. Basistechnieken. Een praktijkgerichte inleiding voor onderzoekers van taal, gedrag en communicatie, Bussum.
WIERS, Evelyn (1978): ' Kleins 'Appositionele constructies''. In: Spektator 8, 1–2, 62–80.